thesinge.com
Getijdenboek

28 oktober 2003 is alweer een tijdje geleden. Het was de datum waarop in de Universiteitsbibliotheek van de Rijksuniversiteit Groningen het publiek kon kennismaken met een nieuwe aanwinst: een rijk gedecoreerd manuscript, dat rond 1500 in het klooster Germania in Thesinge was vervaardigd.
Het handschrift is een op perkament geschreven gebedenboek in het middelnederlands.

Het opent met de getijden (=gebeden op vaste tijdstippen) tot alle heiligen. Dan volgen een serie gebeden, ingedeeld volgens het kerkelijk jaar – van Kerstmis tot Pasen – en enige reeksen gebeden tot een groot aantal heiligen. Het gebedenboek telt 138 bladen en is 11 x 16 cm groot. De randversieringen zijn de ‘vingerafdruk’ van het manuscript. Ik citeer Prof. Dr. Jos Hermans: “Een Gronings handschrift herken je aan ’t penwerk, aan de kriebellijntjes in de marge, zeg maar het getierelier in de marge.” De illustrator is waarschijnlijk de non Stine Duthmers, hoewel in een vergelijkbaar ander getijdenboek (Groningen, UB Hs. Add.274) ook de naam ‘Frans Maler’ wordt genoemd. Prof. Hermans suggereert een taakverdeling.

illustratie1.jpg

Er zijn zestien grote initialen (beginletters) met geschilderde en van bladgoud voorziene randdecoraties en tientallen decoraties in de marges. De stijl en het kleurgebruik van deze versiering, waarin vele bloemen, planten en vogels duiden op werk uit het Thesinger schrijfatelier: het klooster Germania.
Dit recent verworven manuscript werd aangeboden door een nederlandse antiquaar. Het bevond zich in de eerste helft van de twintigste eeuw in een particuliere collectie in Chicago, onder de aanduiding: “Prayers in Dutch”.

De Heilige Ontkommer
Interessant is, dat het getijdenboek een tekst bevat over de heilige Ontkommer. Tot nu toe werd aangenomen, dat die heilige veel zuidelijker werd vereerd, met name in Vlaanderen.
In de Encyclopedie der Hollandse Heiligen wordt haar verhaal uit de doeken gedaan.
Ze is bekend onder vele namen, onder andere: Sint Ontcommer, Comera, Cumerana, Dignefortis, Eutropia, Hulfe, Komina, Kummernis, Livrade, Liberata, Ontcommere, Reginfledis, Snoromber, Uncumber, Wilgefortis. Haar feestdag of naamdag is 20 Juli.

De legende presenteert haar als de Christelijke dochter van een heidense of Islamitische koning van Portugal. Ze was buitengewoon mooi. Een naburige, heidense koning wilde met haar trouwen en haar vader gaf toestemming. Ontkommer was hierdoor zeer bedroefd, temeer omdat zij een gelofte van kuisheid had afgelegd en ‘bruid van God” wilde worden.
Haar vader had geen begrip voor haar motieven en om haar te dwingen toch te trouwen sloot hij haar op in een kerker. In haar diepste ellende bad zij tot God, dat zij zo zou veranderen, dat niemand haar meer wilde hebben. Toen zij uit de kerker werd gehaald voor het huwelijk bleek dat al haar schoonheid was verdwenen: zij had een volle snor en baard gekregen.
Haar vader was woedend en vroeg haar wat er was gebeurd. Zij antwoordde, dat degene die zij aanbad haar zo had veranderd, om te voorkomen dat zij een heidense koning moest trouwen. “Dan zal je sterven als de persoon die jij aanbidt”, was zijn antwoord. Bedeesd zei ze, dat het haar grootste wens was één te worden met Hem en daarop liet haar vader haar kruisigen. Aldus werd een zuivere vrouw geofferd om haar Christelijke principes.

Vele mensen waren diep geroerd door dit verhaal en overal werden afbeeldingen van haar geplaatst, zelfs op een plek een heiligenbeeld van puur goud.
Eens bezocht een arme minstreel de kerk met de heilige Ontkommer. Hij had de hele dag niets verdiend en stierf bijkans van de honger. Omdat hij niets anders had speelde hij zijn gebeden op zijn viool voor Ontkommer. Steeds klaaglijker klonk zijn spel, totdat zij op het laatst een van haar gouden schoenen uitschudde en hem smeekte die als een aalmoes te aanvaarden.

De minstreel bracht de schoen naar de goudsmid om hem te verkopen, maar, nadat deze de schoen had herkend, weigerde hij en beschuldigde de minstreel van diefstal en heiligschennis.
Luidkeels beleed de minstreel zijn onschuld en nog luider riep de goudsmid dat hij een dief was. Het hele dorp stroomde toe en begon zich ermee te bemoeien. Als een oude, wijze kluizenaar niet had ingegrepen, had men de minstreel gelyncht. “Als hij eerlijk aan de schoen is gekomen door zijn vioolspel, dan moet hij nogmaals spelen voor de andere schoen, en wel zodanig dat wij het kunnen zien”, sprak de kluizenaar. De minstreel werd naar de kerk gesleept, waar hij trillend van angst begon te spelen: hij was al stomverbaasd geweest om de eerste schoen en had volstrekt geen vertrouwen in een nieuw succes. Hoe hij ook speelde, er gebeurde niets. Het volk werd onrustig, de wanhoop van de minstreel nam toe: nog klaaglijker werd zijn spel, nog hartstochtelijker zijn inzet, totdat hij tenslotte bewusteloos ter aarde stortte. Maar toen hij werd opgebeurd zag men dat de tweede schoen niet meer aan de voet van Ontkommer zat: zij had de minstreel de schoen toegeworpen. Toen men dat zag deed eenieder zijn uiterste best het weer goed te maken met de minstreel, die de rest van zijn leven geen honger meer zou kennen.

Verspreidingsgebied

illustratie2.jpg

Deze heilige werd – onder verschillende namen – vereerd in een groot deel van Europa. In Engeland kende men haar als St. Uncumber; zij kon worden aangeroepen door vrouwen die problemen hadden met hun echtgenoten. In deze versie heeft de naam ook betekenis: “Kümmernis” komt van “Kummer”, verdriet, bedroefdheid, wellicht ook een verwijzing naar het klaaglijke vioolspel van de minstreel. In Oostenrijk is de legende vooral bekend in Tirool.
Ook in Portugal heet zij Uncumber. Daar stelt men dat ze was uitgehuwelijkt aan de koning van Siciliё.

Spanje kent haar als Liberada, Italiё als Liberata, Frankrijk als Liverade en Beauvais in Frankrijk als Dèbarras.
Van de naam “Wilgefortis” heeft men lang gedacht dat die was afgeleid van “Virgo fortis” (sterke maagd), maar nu wordt aangenomen dat het een verbastering is van “Hilge Vartz” oftewel “Heilig Gezicht”.
De variatie’s op “Ontkommer” gaan terug op het Duitse “ohne Kummer”, zonder zorgen.
De heilige werd in het bijzonder aangeroepen in het stervensuur, om onbezorgd te mogen sterven.
De verering van deze heilige begon zich met name te verspreiden in de 15e en 16e eeuw.

Even is gedacht dat er een verbintenis was met eeuwenoude vereringen en rituelen op Cyprus en elders, waarbij een hermafrodiet (twee geslachten in een persoon) centraal stond; het gekruisigd zijn is echter duidelijk uit een latere tijd.
In Nederland wordt zij tot op heden vereerd in diverse plaatsen in Brabant, zoals Alphen en Waalre. De vondst in het Thesinger getijdenboek maakt duidelijk, dat zij ook in het noorden bekend was.

De afbeelding

illustratie3.jpg

Haar afbeelding –een vrouwenfiguur met snor en baard, aan het kruis genageld, niet ouder dan tien of twaalf jaar – kan verklaard worden uit een foutieve interpretatie van een afbeelding van Christus. Het was gebruikelijk de gekruisigde Christus af te beelden met ontbloot bovenlijf, slechts gekleed in een lendendoek. In het Italiaanse Lucca hangt de beroemde “Volto Santo” van de schilder Nicodemus (11e eeuw), waarop Christus met een jurk staat afgebeeld. Tot aan de elfde eeuw was het gebruikelijk de gekruisigde Christus af te beelden in een lange tunica, daarna werd het de lendendoek. Kopieёn van de afbeelding van de Volto Santo werden in de eeuwen daarna niet langer herkend als de Christusfiguur, maar als een vrouw met een baard die aan het kruis het martelaarschap verwierf. Toen de cult van Ontkommer zich in de 15e eeuw verspreidde, werd zij door pelgrims in de Volto Santo ‘herkend’.


Agenda
april 2024
Ma Di Wo Do Vr Za Zo
1 2 3 4 5 6 7
8 9 10 11 12 13 14
15 16 17 18 19 20 21
22 23
24
25 26 27 28
29 30          
mei 2024
Ma Di Wo Do Vr Za Zo
    1 2 3 4 5
6 7 8 9 10 11 12
13 14 15 16 17 18 19
20 21 22 23 24 25 26
27 28 29 30 31    
Binnenkort in Thesinge
Foto van de maand
202402_kvdb_DSC01864A.JPG

privacy

contact

facebook

nieuws

agenda